Duurzaamheid

Voor de beoordeling van de duurzaamheid van potgrondproductie heeft QMGS drie criteria geselecteerd die specifiek op dit consumentenproduct betrekking hebben:

1.  Veenvervanging

Veen is nog altijd de belangrijkste grondstof voor kwalitatief goede potgronden. Het organische materiaal in de producten dient echter voor minimaal 40% uit hernieuwbare grondstoffen te bestaan. Voorbeelden van hernieuwbare grondstoffen zijn: schors/bark, kokos, houtvezel, compost, rijstkaf en schuimaarde.

2.  Veengebruik

Het (eventueel) gebruikte veen in het product dient voor minimaal 50% afkomstig te zijn van ‘Responsibly Produced Peat’-gecertificeerde veenderijen, dan wel van vergelijkbaar gecertificeerde veenderijen. RPP stelt eisen aan de selectie en het gebruik van de veenderijen en aan de nazorg en het herstel tot natuur na beëindiging van de veenderijen

3. Verpakkingsmateriaal

Indien het verpakkingsmateriaal uit plastic op basis van fossiele grondstoffen bestaat dient dit voor minimaal 40% uit gerecycled plastic te bestaan.

De drie hierboven genoemde percentages zullen de komende jaren geleidelijk worden verhoogd in lijn met wat verantwoord is om de overige kwaliteitseisen te realiseren.

Naast deze drie criteria geldt nog een algemene eis voor de volledige bedrijfsvoering van een deelnemer aan QMGS. Het begrip duurzaamheid dient daar een integraal onderdeel van te zijn. Daarom geldt de eis dat een deelnemend bedrijf naast QMGS ook aantoonbaar deelneemt (of binnen 3 jaar gaat deelnemen) aan een internationale richtlijn waarin aandacht voor duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen is vastgelegd (ISO 26000, ISO 14001, MVO-keurmerk of EU Eco label).